De jury
Stichting HeArtpool zoekt voor elke jury een nationale / internationale voorzitter. Deze benoemt zelf drie juryleden om genomineerden voor te dragen en de laureaat te kiezen.
De winnaar van de voorafgaande prijs is tevens jurylid.
De Wolvecampprijs 2000 is door de jury onder voorzitterschap van Jan Hoet toegekend aan Rik Meijers. Hij ontving de prijs uit handen van de Commissaris van de Koningin in Overijssel mr. J. Hendrikx.
"Is het denigrerend om een tekst over Rik meijers te beginnen met de overeen-komst tussen Jack Nicolson, Giacometti, Picasso en de ondergewaardeerde melancholie van Bragolin als het gaat om de betekenis en de kracht van een enkele oogopslag". Zo begint Rutger Pontzen zijn verhaal over Rik Meijers in diens monografie uit 2000. Hij geeft aan dat Rik Mijers voldoende kennis heeft van kunstenaars uit het verleden, maar dat: "zijn referenties meer liggen bij de Afrikaanse volkskunst, familiefoto's, magazins, sexboekjes, de literatuur van Céline, Bukowski en John Fante, LP-hoezen en de platen die in die hoezen zitten". Dat laatste geeft meteen de sterke band aan die Rik Meijers heeft met muziek en de tegenstellingen binnen de muziek. Na een afwijzing van de Academie Beeldende Kunsten in Maastricht, leerde hij voor huisschilder en kwam terecht in de kraakbeweging waar hij zich verdienstelijk maakte met het beeldmateriaal voor de punkbeweging. In tweede instantie werd hij wel aangenomen en studeerde vervolgens verder aan de Jan van Eyck academie.
Hij heeft een bijzonder oog voor randfiguren, extreme types die:" Hem doen denken aan het café van zijn grootouders in het Zuid-Limburgse Bingelrade. Aan de verhalen die hij thuis hoorde over raadselachtige godsdiensten. Aan vrienden die zijn vader mee naar huis nam, waarvan er een geloofde dat hij Jezus was, een ander werkte als gastarbeider (de eerste in Limburg) in de Volvo-fabriek in Born: een Tunesier die gekleed ging in kleurige gewaden en naar sterke aftershave rook, en die hen jarenlang zou blijven bezoeken. Aan zijn kettingrokende tante die een dossje bezat dat met schelpen was beplakt en aan zijn psychotische broer. Ze wakkerden bij hem een rijke belangstelling aan voor andere culturen, niet westerse religies en vreemdsoortige sekten die gekoppeld aan zijn eigen brede interesse een bonte verzameling boeken opleverde die op een plank in zijn atelier staan uitgestald, waaruit hij motieven haalt voor zijn schilderijen. Bladerend in een van die geschriften laat hij een afbeelding van Bubba Free John zien, een Amerikaanse goeroe met veel vrouwen. De foto van de sekteleider maakt gelijk uidelijk waarom hij Mijers zo aanspreekt: dezelfde hallucinerende ogen als de schilder in zijn doeken uitbeeldt."
Ik spreek u graat toe in naam van de juryleden die zich vandaag hebben uitgesproken met de betrekking tot de Wolvecampprijs die voor de tweede maal wordt toegekend, door stichting Heartpool.
Jury rapport Wolvecampprijs 2000 Ik spreek u graat toe in naam van de juryleden die zich vandaag hebben uitgesproken met de betrekking tot de Wolvecampprijs die voor de tweede maal wordt toegekend, door stichting Heartpool. Tijdens een eerste vergadering werd, op vraag van de organisatoren geopteerd voor de kandidatuur van drie kunstenaars op voorwaarde dat je met schilderkunst bezig bent. Want schilderkunst is nog steeds actueel en dit in tegenstelling tot twee jaar geleden waar de jury gevraagd werd om 1 kunstenaar voor te dragen. Toen werd gekozen voor Avery Preesman wie dan ook dit keer als jurylid fungeert. De drie kunstenaars werd vervolgens gevraagd om hun werk hier te tonen. Het lijkt wel als of het een perfect georganiseerde groeps-tentoonstelling is geworden. Zo zijn er enkele opvallende overeenkomsten althans bij de eerste aanblik, in het bijzonder door de nadruk die wordt gelegd op een figuratie die buiten de zichtbare realiteit liggen. Bij alle drie is er een nadrukkelijk verlangen om de verbeelding te laten werken vandaar onze spontane associatie met surrealistisch tendensen, hoewel dit wellicht helemaal niet in de intentie lag van de kunstenaars om aan het surrealisme te gaan denken. Bijzonder is namelijk dat het surrealisme niet direct een Nederlandse aangelegenheid is. Opvallend is in elk geval de aanwezigheid van een nachtelijke marginaliteit binnen een 24 uurs economie die zich uit in house en dance muziek, de wereld van strips en manga films, seksualiteit etc. Dit gevoel leggen we vooral af aan de gehanteerde beeldtaal. Voor ons was het vanzelf sprekend belangrijk om de eigenzinnigheid van elke kunstenaar te onderzoeken. Zo merken we bijvoorbeeld bij Birza een houding die een zekere afstand creëert tussen en werk en kijken in zoverre dat het bij hen gaat om het behoud van de zelfstandigheid van de schilderkunst. Rik Meijers doet eerder het tegendeel hij wil dichter bij komen. In zijn beeldtaal ligt de dialoog verder.
Bij Benoït Hermans overheerst dan het constructieve als van een puzzel waardoor hier eveneens een afstand ontstaat doch meer verstild. Elk schilderij is een stilleven geworden.
Na een lange en diepgaande discussie was het niet makkelijk om tot een eenduidige uitspraak te komen. De centrale vraag die telkens terug kwam moeten we de prijs toekennen aan degene met een breed en gevarieerd oeuvre of kiezen we voor een stimulerende prijs. Uiteindelijk is er een meerderheid gevonden die de Wolvecampprijs interpreteert als een stimulans omdat het gaat om kunstenaars onder de 40 jaar.
Om die reden is de Wolvecamp prijs 2000 toegekend aan Rik Meijers.